Ik ijsbeer ongedurig door de kleine ruimte. Drie dagen alleen in een pipo-wagen. ‘What was I thinking?’ Oh ja. Rust. Tijd om na te denken. Te schrijven. Een strategie bedenken om mijzelf als tekstschrijver in de markt te zetten. In plaats daarvan bijt ik op mijn nagels.
Mijn huisje voor een paar dagen is geweldig, daar ligt het niet aan. Ik heb uitzicht over waaiend riet en wolkenluchten, het heeft hartjes in de luiken, een bedstee met gezellige meisjeskussens en op de tafel staan twee knalroze pioenrozen te blozen.
Het idee was dus goed. De uitwerking is alleen nog even wrikken. Want ik ben al een tijd niet echt alleen geweest. Bijna een jaar geleden ben ik gaan samenwonen en sinds die tijd zijn we nauwelijks een dag apart geweest. Een wereldrecord voor twee – voorheen – zelfbenoemde kluizenaars.
Ik moet weer even wennen dat ik alleen mijn eigen gedachten hoor. En ik heb mijzelf nog niet zo gek veel te vertellen.
Dus ik heb water opgezet voor thee, mijn laptop aangezet om te doen waarvoor ik hier kwam en mijzelf een schop onder de kont gegeven, sapperdeflap. De boeken liggen klaar, ik heb lege vellen papier, stiften en er is zelfs een radiootje met krakerige jazzmuziek.
Maar eerst ga ik mijn teerbeminde even bellen.
Ik geniet altijd van je blogs!
Groetjes @tom_beek
Dankjewel Tom! 🙂