The book of No

‘Buurvrouw, mag ik je iets vragen?’ Bovenbuurman zet z’n fiets naast die van mij. ‘Natuurlijk’, zeg ik. ‘Nou, soms willen wij wel eens even weg, een hapje eten buiten de deur. Maar een oppas is zo lastig te vinden en…’ Er zwelt een snerpend geluid aan in mijn hoofd.

‘Zouden wij misschien af en toe de babyfoon bij jou neer mogen zetten?’ Ik zet mijn glimlach op. ‘Natúúrlijk!’, zeg ik. ‘We kunnen wel een vast uurtarief afspreken hoor’, haast hij zich te zeggen. ‘Welnéé joh!’, zeg ik.

Ik zie een krijsende baby voor me die ingespannen de longen uit zijn lijf brult. ‘Als je het niet wilt, moet je het zeggen hoor’, hoor ik achter me terwijl we de trap op lopen. ‘Ben je mal, echt géén enkel probleem!’, roep ik tien octaven te hoog.

Eenmaal binnen bonk ik met mijn hoofd op de deur.
Waarom. Kan. Ik. Geen. Nee. Zeggen?

Ik wil helemaal geen babyfoon in mijn huis. Zo’n gezellig vormgegeven, pastelkleurig kastje vol dreiging, waaruit elk moment Het Gebrul kan losbarsten. Ik ken mezelf, het enige wat ik op zo’n avond nog doe is naar dat ding staren. Prevelend. In de hoop dat die baby zich koest houdt.

Waarom ging het gesprek niet zo:

‘Buurvrouw, mag ik je iets vragen?’
‘Natuurlijk.’
‘Nou, soms dan willen wij wel eens even weg, een hapje eten buiten de deur. Maar een oppas is zo lastig te vinden en…’
‘Ho. Ik weet wat je nu gaat vragen en het antwoord is nee. Ik ben géén geschikte oppas.’
‘Oké, geen probleem.’

Mijn angst zit ‘m in dat laatste zinnetje. Want stel je voor dat hij zegt: ‘Wat ben jij nou voor ’n rottige buurvrouw?’ Of nog erger. Dat hij zègt dat het geen probleem is, maar me in gedachten de huid volscheldt.

Juist.

Ik heb dit boek nodig.

9 reacties op “The book of No

  1. Hier nog zo’n ja-zegger, ook al bedoel ik eigenlijk ‘nee’. Stel je voor dat men dan de indruk krijgt dat ik ego√Østisch ben of om niemand geef.

    Maar uh… je hebt tegenwoordig ook mooie, witte design babyfoons. Ik weet niet of hij rijk is, maar als ‘ie dat nu niet is, eis een mooie design-babyfoon omdat ‘ie anders niet bij je inrichting past. Haakt ‘ie vast af 🙂

  2. de truc is nu elke avond vol te plannen zodat je in ieder geval de eerste periode nooit thuis bent als ze dat ding willen overdragen…daarna geven ze wel op 😉

  3. Ha ik ken dat met mijn onderburen, drie keer gedaan. Geruststelling, baby werd niet 1x wakker

  4. Het is simpel: Men zette ’n baby-foon neer,zonder geluid No-Problemo, maar als er geluid uit komt: Ooh holy…..Problemo’s. Verantwoording begint enne wat is er aan de hand??
    Men zette ’n baby-foon neer………………………..
    Moepi

  5. mijn buren zetten de babyfoon ook wel eens bij mij. De eerste keer zat ik ook alleen maar te luisteren. Je moet er toch niet aan denken dat er iets gebeurt. Maar na drie keer was ik er al wat relaxter eronder. Als er wat is dan bel ik gewoon meteen de buren 🙂

  6. Ach, er komt nog een moment van nee-kunnen-zeggen: als ze daadwerkelijk vragen of je die avond vrij bent? En ach, helaas, je moet die avond vanalles voor je werk doen. Maar hier nog iemand die vaak geen nee kan zeggen.

  7. je hebt nu ook een babyfoon app op de iphone…een iphone in de kamer van de baby leggen en zodra er gehuild wordt, belt de ene iphone automatisch de andere… kunnen ze het lekker zelf doen 😉

  8. Je hebt ook babyfoons met een bereik van 3 kilometer. Kunnen ze ‘m meenemen als ze in de buurt iets gaan eten!

  9. Babyfoons met een bereik van 3 kilometer? Hmmm… Zeg, gobble, kan ik mijn babyfoon misschien af en toe bij je achterlaten?

Reacties zijn gesloten.