Zorgvuldig

‘Ik hoor hier niet!’ Zo heb ik mijn oma nog nooit gehoord. Angstig. Machteloos. Ze heeft een dag eerder in het ziekenhuis gehoord dat ze uitbehandeld is. Kanker, en het zit overal. In Amsterdam was er alleen nog plek in een armoedige verzorgingsflat, op de afdeling dementie.

Mijn moeder en ik kijken elkaar aan. Dit is afschuwelijk. Een verveelde verpleger torent boven mijn oma uit en doet geen poging haar gerust te stellen. En ik zie de stoerste en dapperste vrouw die ik ken, langzaam ineenkrimpen. ‘Ik wil hier weg’, fluistert ze. Een vrouw in een rolstoel komt kwijlend en scheldend voorbij. Mijn hart breekt.

Na een dag hardnekkig bellen met de ‘zorgcoördinator’ van het verzorgingstehuis, de verzekering en een begripvol hospice in Zeist, is het mijn moeder gelukt. Oma mag de volgende dag naar het hospice. Daar verblijft ze haar laatste maanden en krijgt ze zorg zoals het is uitgelegd in de Van Dale: zorgvuldig, liefdevol en met aandacht.

Moet je nagaan. Je overleeft ternauwernood een oorlog, een slecht huwelijk, tientallen familieruzies en komt je laatste jaren net rond van een schamel AOW’tje. Het is sappelen, op zijn Amsterdams gezegd, maar je redt het zonder hulp van anderen.

En dan kom je in zo’n verzorgingstehuis terecht.

Het is een scenario dat overduidelijk ver afstaat van de mensen die momenteel het beleid maken als het gaat om ouderenzorg. Ouderen zijn lastig, duur en het zijn er te veel. Maar er komt een dag dat jij en ik – Deo volente – óók een oudere zijn. Met broze gewrichten, een slecht geheugen en benen die niet meer kunnen rennen.

Laten we hopen dat de beleidsmakers tegen die tijd de Van Dale er nog eens hebben bij gepakt.

oudere